Kiekje
 
 
 
afbeelding afbeelding
«  Aflevering 156: Over chagrijnige Russen en verwoestende vloedgolven   »
 
Manon gaat thee drinken bij Aleona om te vieren dat Joestsjenko de verkiezingen heeft gewonnen. Aleona’s Turkse vriendin Suna is er ook en ze kijken op tv naar de beelden van de tsunami in Azië.

“Gefeliciteerd met de overwinning van Joestsjenko.” Manon drukt een oranje klaproos van crêpe-papier in Aleona’s handen en trekt haar jas uit.
“Ach, wat attent.” Aleona pakt haar jas aan en hangt hem aan een bronskleurige, gekrulde haak waaraan een klein geëmailleerd Elvis-portretje zit. “Kom verder.”
Ze lopen de grote woonkamer binnen die overwegend bruin en beige is. Op de grond ligt een ietwat morsig bruin cocostapijt.
“Ik was het bijna vergeten door die ramp in Azië.” Aleona kijkt naar de grote televisie in de zware eikenhouten kast, waarop CNN beelden laat zien van de door de vloedgolf getroffen gebieden. “Zo erg. We kunnen ons er niet van losmaken.” Ze wijst op een kleine, mollige vrouw met een wilde bos haar die met opgetrokken knieën op de bank zit. Ze draagt een groen fleecejack over een dikke, warme maillot en heeft een mok thee in haar handen. “Dit is mijn vriendin Suna.”
Manon geeft de vrouw een hand die warm van de thee is.
“Hallo, Manon.” Zegt ze met enigszins lijzige stem. “Jij bent dus de fotograaf.”
Manon knikt. Ze hoort een rochelend geluid in de hoek van de kamer en ziet de achterkant van een grijs hoofd boven de leuning van de stoel uitkomen.
“Mijn moeder wil de beelden van de ramp niet zien.” Zegt Aleona. “Daarom heb ik haar stoel maar omgedraaid, nu kan ze naar buiten kijken.”
Manon loopt om de stoel heen en geeft Aleona’s moeder een hand. Die is geel, broos en slap. De oude vrouw lacht naar haar en zegt wat in haar vreemde taal. Manon kijkt Aleona vragend aan.
“Ze vraagt waar je hondje is.”
“Dat ze dat weet!” Zegt Manon verbaasd. “Bobbe is thuis. Ik kom direct door uit het zwembad.”
“Zwem jij?" Suna’s bijna zwarte ogen kijken haar vragend aan.
"Een paar keer in de week."
"Dan had jij je misschien nog wel weten te redden in die vloedgolf.”
“Ik denk het niet.” Manon laat zich naast haar op de ribfluwelen bank zakken en kijkt naar de tv. Suna schuift automatisch een eindje van haar af. “Volgens mij ben je weerloos. Zo’n vloedgolf sleurt alles mee wat op zijn weg komt, die heeft zoveel kracht.”
“Vijfentwintigduizend mensen verdronken en weggespoeld.” Aleona schudt haar hoofd. “Het is echt onvoorstelbaar. En zoveel landen zijn getroffen. India, Indonesië, Sri Lanka, Maleisië...”
“En Birma en Bangladesh.” Vult Suna aan.
“En de Malediven schijnen ook onder water te staan.” Manon kijkt naar de verdronken landschappen die vanuit een helikopter gefilmd zijn. Hier en daar staat een klein figuurtje met een witte lap te zwaaien.
“Zelfs in Afrika zijn er doden gevallen.” Zegt Suna.
“In Afrika?” Manon kijkt haar verbaasd aan.
"Somalië heeft al honderden doden gemeld en in Madagascar zijn huizen langs de kust verwoest.”
“Laten we maar blij zijn dat we lekker hier zitten.” Aleona schuift een Elvis-onderzetter over de rookglazen tafel naar Manon toe en zet er een grove, bruin geribbelde mok thee op.
De camera zapt door naar een paar jammerende vrouwen in kleurige sarongs. Hun gezichten zijn verwrongen van verdriet. Een van hen heeft een kinderlijkje in haar armen dat ze krampachtig tegen zich aan klemt. De andere vrouwen heffen hun handen in wanhoop ten hemel. Vervolgens zien ze een aantal mannen, die tot hun knieën in het water waden, om hen heen drijven lijken van honden, koeien, maar ook mensen. Ze luisteren zwijgend naar de vissers in India die vertellen hoe de zee zich helemaal terug trok en als een muur van water op de kust af kwam, degenen die het hardst konden lopen hebben het overleefd. En weer door naar een huilende man in Sri Lanka, die vertelt dat er honderdzeventig wezen zijn omgekomen doordat het weeshuis overspoeld is, hij staat tussen de huizen op een stapel metershoog wrakhout. Naast hem steekt de neus van een witte auto omhoog uit het puin. Een compleet vernietigde kusstrook in Sri Lanka, waartussen een oud fort zich verheft.
“Hee! Daar ben ik geweest.” Manon gaat op het puntje van de bank zitten. “Dat fort is in Galle.”
“Nou, dat staat in ieder geval nog.” Zegt Suna droog.
“Jezus,” Manon kijkt ontzet naar het beeldscherm. “We hebben in een restaurantje naast dat fort gegeten. Er is helemaal niets meer van over.”
Ze kijken naar rijen mensen die gewonden met zich mee dragen. Langs de weg liggen met lappen bedekte doden. Een Engelse toerist in Thailand vertelt hoe hij honderden meters is meegesleurd door de golf en zich uiteindelijk aan een pilaar wist vast te grijpen. Zijn vriendin heeft hij nog niet kunnen vinden.
“Guus!” Manon schrikt ineens op. “Een vriend van mij zit in Thailand. Helemaal nog niet aan gedacht.”
“Thailand is heel groot.” Zegt Aleona.
“Volgens mij zou hij met de kerstdagen naar de kust gaan.”
"Thailand heeft een hele lange kustlijn." Probeert Aleona haar gerust te stellen. “Het zou wel heel toevallig zijn als hij net in een van de rampgebieden zit.”
“Nou, Phuket is anders wel heel geliefd bij toeristen, hoor.” Zegt Suna bedenkelijk.
“De meeste mensen hebben het in ieder geval wel overleefd.” Aleona werpt Suna een boze blik toe.
“Als je het niet erg vind, bel ik mijn vriendin even om te vragen of zij wat gehoord heeft.” Manon pakt haar mobieltje uit haar zak en zoekt naar het telefoonnummer van Godelieve. Ze komt in haar voicemail. “Go, met Manon. Ik ben benieuwd of jij wat van Guus hebt gehoord in verband met die tsunami in Thailand. Kun je me even terugbellen?” Ze legt haar telefoon voor zich op tafel.
“Zo, die doen we nou maar eens even uit.” Aleona richt de afstandsbediening op de tv en zet hem uit. Ze gaat op haar knieën bij de tafel zitten om de grote oranje taart aan te snijden.
“De helft.” Manon maakt een afwerend gebaar als ze het enorme, voor haar afgesneden stuk taart ziet. Ze wijst op haar maag. “Op zijn best. Ik heb hier nog twee kerstdiners zitten.”
“Ik dacht: die zal na het zwemmen wel wat lusten." Aleona snijdt het stuk door de midden en legt dat voorzichtig op een schoteltje, er rollen een paar rozijnen uit. "Je kan altijd nog een stukje nemen."
"Je zou het door die ellende bijna vergeten, maar we hebben toch wat te vieren.” Suna buigt zich voorover om de taart te pakken.
“Kom jij ook uit Oekraïne?” Manon kijkt Suna nieuwsgierig aan.
“Nee, Turkije, maar ik ben wel blij voor Aleona en alle Oekraïeners dat de democratie heeft gezegevierd.” Ze buigt zich naar Manon toe en fluistert. “En dat haar moeder weer terug kan.”
“Dat hoorde ik heus wel.” Aleona kijkt naar het grijze haar van haar moeder. “Het zal inderdaad een opluchting zijn, het is een lieverd, maar ze heeft veel zorg en aandacht nodig. Maar ik wacht het nog even af, want Janoekovytsj heeft de uitslag aangevochten. Ik had niet anders verwacht. Het zou natuurlijk ook te makkelijk zijn geweest als hij zich er zo maar bij zou hebben neergelegd.” Ze nestelt zich tevreden in een lompe schommelstoel tegenover Manon en Suna en legt het Elvis-kussen op haar schoot. “Wel vervelend voor Joestsjenko dat hij zijn carrière moet starten met een juridsche strijd.”
“Ach, dat stelt niks voor.” Suna prikt een stukje taart aan haar vorkje. “In ieder geval niet vergeleken bij wat hem nog te wachten staat. Voorlopig zit hij met een strontchagrijnige Poetin waar hij iets mee moet. Oekraïne kan niet zonder Rusland.”
“En hij zal ook vrede moeten sluiten met de Oost-Oekraïeners.” Zegt Aleona. “Over de mensen zelf maak ik me niet zo’n zorgen want het interesseert ze in feite geen fluit. Ze hebben voornamelijk op Janoekovytsj gestemd omdat ze alleen hem maar zagen en hoorden op tv en radio. Hij heeft voor een vermogen campagne kunnen voeren met middelen uit de staatskas. Ik maak me meer zorgen om de industriebonzen in het oosten, de oliebaronnen. Die hebben Janoekovytsj enorm gesteund. Daar zal Joesjtsjenko nog een hele kluif aan krijgen om die voor zich te winnen.”
“Maar de dreiging van een burgeroorlog is nu toch wel voorbij?” Vraagt Manon.
“Het kan nog steeds."
“Als ze maar niet weer proberen hem te vermoorden.” Zegt Suna bezorgd.
“Dat durven ze nu echt niet meer. Niet, nu de hele wereld toekijkt.” Zegt Aleona. “En Joestjenko’s verminkte gezicht herinnert hen er iedere dag aan.”
"Weten ze nou al wat het was?" Vraagt Manon.
“Chlooracné.” Suna trekt een vies gezicht. “Veroorzaakt door dioxine in combinatie met chloor. Supergiftig. Hij had duizend keer de normale hoeveelheid in zijn bloed. Ook zijn alvleesklier en lever zijn ernstig beschadigd, maar die zijn zich alweer aan het herstellen. Dat kan weer helemaal goed komen.”
“Zijn gezicht niet?”
“Jawel, maar dat duurt wel een jaar of drie en hij zal nooit meer zo knap worden als Poetin.”
“Poetin?” Aleona kijkt haar scherp aan. “Vind je die knap?”
“Nou, het is geen lelijke man.” Suna haalt haar schouders op. “Ik hou wel van dat bleke, tikkeltje dominante type.”
Op dat moment begint Manon’s mobieltje even hevig te trillen. Ze pakt het op. Een sms-je van Go.
Beltegoed bijna op. Niks gehoord van Guus. Probeer Mark te bellen. Neem nog contact op. Go. Ps. Maak me zorgen.

Plinius: “Dat de oorzaak van aardbevingen gelegen is in de winden acht ik boven elke twijfel verheven. De aarde begint namelijk nooit te trillen tenzij de zee kalm is en de lucht zo bladstil dat de wiekslag van vogels ze niet zwevende houdt, daar elke luchtstroom die ze draagt onder ze is weggevallen; maar ook nooit als het niet eerst heeft gewaaid, zodat er kennelijk in de aderen en verborgen holten van de aarde wind is opgeslagen. Zo is een beving in de aarde niet iets anders dan een donderslag in een wolk, een scheur in de aardkorst niet iets anders dan waneer een bliksem uitbreekt: de opgesloten luchtstroom worstelt en vecht om buiten te komen, de vrijheid tegemoet.” (uit Naturalis Historia, boek 2-Aardbevingen; vertaald door Joost van Gelder, Mark Nieuwenhuis en Ton Peters, 2004)

Gepubliceerd: 27-12-06. Vond plaats op: 27-12-04. Tags:  aardbeving ; Azië ; Bangladesh ; Birma ; Europa ; India ; Indonesië ; Madagascar ; Malediven ; Maleisië ; misdaad en corruptie ; Oekraïene ; politiek buitenland ; Somalië ; Sri Lanka ; Thailand ; Turkije ; verkiezingen ; zee ;